Home Nieuwe regels voor pensioen Veelgestelde vragen
Veelgestelde vragen met antwoorden

Op dinsdag 30 mei 2023 heeft de Eerste Kamer de Wet toekomst pensioenen (Wtp) aangenomen. Hieronder leest u de 10 belangrijkste vragen met antwoorden over de nieuwe regels voor pensioen.  

Alles wat u wilt weten over de nieuwe regels voor pensioen

De sociale partners (werkgevers en werknemers) hebben voor PPF APG de nieuwe regels voor pensioen bepaald. Zij verwachtten dat we met de nieuwe pensioenregels net zoveel geld opzij kunnen zetten als eerst.

Ook heeft ons bestuur gezorgd voor een nieuw beleggingsbeleid. Door deze aanpassing verwachtten we een verbetering van het pensioen, zonder dat het meer kost. Uw pensioen is en blijft goed geregeld. 

Met de nieuwe pensioenregels kan uw pensioen hoger of lager worden. Het hangt af van hoe de economie het doet. Als het goed gaat, stijgt uw pensioen eerder. Maar als het slecht gaat, kan uw pensioen eerder dalen.

Dat willen we niet, dus hebben we een buffer opgebouwd. Die buffer voorkomt dat uw pensioenpotje te veel verandert. Hierdoor daalt uw pensioen niet te snel. De kans dat uw pensioen lager wordt is kleiner dan voorheen. 

Bekijk een video met meer uitleg

Met de nieuwe pensioenregels is het bedrag dat u maandelijks krijgt minstens hetzelfde gebleven. Soms kan het zelfs meer zijn geworden, afhankelijk van hoe PPF APG het financieel deed.

Elk jaar bekijken we uw pensioen op basis van het geld dat we hebben. Hierdoor kan dit ook hoger worden. Maar als het economisch slechter gaat, kan het bedrag ook lager worden. We hebben extra maatregelen genomen om de kans op een lager pensioen zo klein mogelijk te maken.

Bekijk een video met meer uitleg

Uw opgebouwde pensioen is overgezet naar de nieuwe regels. Dankzij deze regels kunnen we makkelijker uitleggen wat er gebeurt als de markt verandert.

Ook zijn er minder ingewikkelde regels en taken. Dit betekent dat PPF APG minder werk heeft en dat de kosten lager zijn. Zo is er uiteindelijk meer pensioen voor u!

Bekijk een video met meer uitleg

Met de nieuwe regels voor pensioen verwachten we vaker de pensioenen te kunnen verhogen. We hebben veel berekeningen gedaan. Daaruit blijkt dat we verwachten dat de pensioenen vaker zullen stijgen. U kunt de plannen hier vinden.

Bekijk een video met meer uitleg

Veel mensen denken dat ze zelf kunnen kiezen hoe hun pensioengeld wordt belegd. Maar ook in het nieuwe systeem blijven we samen beleggen volgens één plan.

Wat wel is veranderd, is dat we aan iedereen in het pensioenfonds gaan vragen: "Hoeveel risico wilt u nemen?" Dat betekent kiezen tussen risico en winst. Jongere mensen kunnen wat meer risico nemen, terwijl oudere mensen wat minder risico willen. Met ieders input bepalen we het beleggingsplan van het fonds, en dit doen we nog steeds samen. Dus we blijven collectief beleggen en risico's delen.

Bekijk een video met meer uitleg

Met de nieuwe pensioenregels zijn er veranderingen gekomen. Maar om dat te begrijpen, moet u ook weten wat hetzelfde blijft. De AOW blijft hetzelfde, u bouwt nog steeds aanvullend pensioen op via uw werkgever, en u krijgt nog steeds uw hele leven pensioen.

Maar hoe u voor uw pensioen spaart, is wel veranderd. De premie die u en uw werkgever betalen, gaat naar uw pensioenpot. Nu kunt u precies zien wat er met dat geld gebeurt, hoeveel winst u maakt en hoeveel er voor u wordt bewaard. 

Bekijk een video met meer uitleg

Het vernieuwde pensioen is naar verwachting beter. We hebben nu minder buffers. Zo kunnen we de pensioenen eerder verhogen. En als het minder goed gaat, kunnen pensioenen eerder worden verlaagd. Maar als u al met pensioen bent of dichter bij uw pensioen komt, willen we dit voorkomen. Daarom hebben we extra maatregelen genomen. Deze zorgen ervoor dat er niet veel verandert, zelfs als u al gepensioneerd bent. De kans op een verlaging van uw pensioen is kleiner dan voorheen.

Bekijk een video met meer uitleg

We denken dat uw pensioen beter is met de nieuwe regels, maar sommige mensen konden mogelijk minder voordeel ervaren. Als dit gebeurde, kon PPF APG hen compenseren.
De nieuwe regels zorgen er ook voor dat pensioenfondsen minder reserves hoeven aan te houden. Daardoor kan uw pensioen eerder omhooggaan als het goed gaat met de economie. Maar uw pensioen kan ook dalen als het minder goed gaat met de economie. 

Om te voorkomen dat uw maandelijks pensioen (straks) lager wordt, houden we wel een reserve aan: de solidariteitsreserve. Met deze reserve zorgen we er onder meer voor dat we de pensioenen zo stabiel mogelijk houden. Het geld in uw pensioenpot beleggen wij voor u, zodat we meer rendement kunnen maken voor uw pensioen. 

Bent u nog jong? Dan duurt het nog lang voor u met pensioen gaat. We beleggen dan met meer risico voor u. Er is namelijk nog veel tijd om mogelijke dalingen van de beleggingen weer goed te maken. Komt u dichter bij de datum dat u met pensioen gaat? Dan heeftt u al veel opgebouwd in uw pensioenpot. U wilt dan meer zekerheid over de hoogte van uw pensioen nadat u met pensioen gaat. Daarom beleggen we met minder risico. Het rendement op de beleggingen verschilt zo per leeftijdsgroep. 

Bekijk een video met meer uitleg

Met de nieuwe pensioenregels is het duidelijker hoeveel pensioen er voor u is. U ziet precies hoeveel premie er is betaald en hoeveel rendement we hebben gerealiseerd. Zo weet u beter hoeveel er voor u beschikbaar is.

Bekijk een video met meer uitleg

Over de nieuwe regels voor pensioen

Op 30 mei 2023 heeft de Eerste Kamer de Wet toekomst pensioenen (Wtp) aangenomen. De Wtp is de nieuwe wet voor pensioen dat u opbouwt via uw werkgever. Op 1 juli 2023 is de wet ingegaan. Alle pensioenfondsen in Nederland gaan over op de nieuwe regels voor pensioen. Pensioenfondsen krijgen tot 2028 de tijd om zich aan te passen aan de nieuwe regels.

Sociale partners (vakbonden en werkgeversorganisaties) en pensioenfondsen zijn aan de slag gegaan met de nieuwe regels. Zij hebben een nieuwe pensioenregeling gemaakt. Een eerste belangrijke keuze was om gebruik te maken van de flexibele premieregeling of de solidaire premieregeling. De ene regeling biedt wat meer flexibiliteit, de andere regeling geeft wat meer ruimte voor solidariteit.

Sociale partners en pensioenfondsen hebben beoordeeld hoe ze zo goed mogelijk konden overgaan op de nieuwe regelingen. Ze hebben afspraken gemaakt over de manier waarop de pensioenen het beste konden worden omgezet naar de nieuwe regels. Hierbij hebben ze de belangen van alle deelnemers – mensen die pensioen opbouwen en mensen die al pensioen krijgen – zorgvuldig in de gaten gehouden. Dit zijn ze wettelijk verplicht.

Het Nederlandse pensioenstelsel bestaat uit de AOW (van de overheid), pensioen dat werknemers opbouwen via hun werkgever en individuele pensioenproducten. Dankzij dit pensioenstelsel is er in Nederland vergeleken met andere landen weinig armoede onder ouderen. Maar het stelsel sluit niet meer goed aan bij de moderne tijd. Pensioenen mogen niet altijd verhoogd worden, ook niet als pensioenfondsen veel geld hebben. Ook houdt het pensioenstelsel onvoldoende rekening met werknemers die van werkgever veranderen. Daarnaast kennen we de zogenaamde doorsneesystematiek, waarbij jongere werknemers relatief weinig opbouwen ten behoeve van oude werknemers en waartegen de weerstand is gegroeid. 

Zo zijn er verschillende redenen om het pensioenstelsel te vernieuwen. De Wet toekomst pensioenen zorgt er nu voor dat het pensioenstelsel beter past bij deze tijd. Ook in de toekomst blijft het een goed stelsel.

Een belangrijke verandering is dat mensen een pensioenvermogen (pensioenpot) krijgen, en meer inzicht in hun eigen pensioen. Het pensioenvermogen wordt gebruikt voor een levenslange pensioenuitkering.

Een andere verandering is dat een stabiele pensioenpremie het uitgangspunt wordt. De premie zal over de jaren heen minder vaak veranderen. Net als nu leggen de werkgever en de werknemer samen een premie in. Het pensioenfonds belegt vervolgens deze premie. Hierdoor groeit het pensioenvermogen.

Het pensioen hangt daarmee af van de beleggingsresultaten. Met een gezamenlijke buffer zorgt het pensioenfonds ervoor dat het pensioen dat uitbetaald wordt, zo stabiel mogelijk blijft.

Pensioenfondsen hebben een paar jaar de tijd om over te gaan naar de nieuwe regels voor pensioen. Deelnemers, gepensioneerden en werkgevers krijgen pas met de nieuwe regels te maken als hun pensioenfonds overgaat. Sommige pensioenfondsen denken snel klaar te zijn, andere hebben meer tijd nodig. PPF APG is op 1 januari 2025 overgaan op de nieuwe regels.

De dekkingsgraad van PPF APG is goed op dit moment. Door al vroeg over te gaan, hadden we meer zekerheid over de dekkingsgraad. Ook hoeven wij nu geen btw meer te betalen over de kosten voor vermogensbeheer- en pensioenuitvoeringsactiviteiten. Deze btw-plicht is vervallen bij de overgang naar de nieuwe regels van de Wet toekomst pensioenen (Wtp). Dit geeft een besparing van ongeveer € 600.000 per jaar. De datum van de overstap is in nauw overleg met onze uitvoerder tot stand gekomen. We hebben dus ook rekening gehouden met de mogelijkheden van de uitvoerder. Voor het besluit om de pensioenen over te zetten heeft toezichthouder De Nederlandsche Bank toestemming verleend.  

PPF APG is vanaf 1 januari 2025 overgegaan op de nieuwe regels voor pensioen. Ook uw pensioen is meegegaan naar deze nieuwe regels. Dit heet ‘invaren’. We hebben precies uitgerekend hoeveel pensioen u op 1 januari 2025 heeft opgebouwd. Dit hebben we gedaan voor iedereen die van PPF APG pensioen ontvangt, opbouwt of heeft opgebouwd. U kunt nu altijd zien hoeveel geld er in uw pensioenvermogen (pensioenpot) zit. En u ziet hoe hoog we verwachten dat uw pensioen wordt. 
 

Het geld dat over was, werd ook verdeeld. Dit gebruikten we voor:

Het vullen van de gezamenlijke buffer die we voor tegenvallers gebruiken. We willen dat de buffer gevuld wordt met 5% van het totale vermogen dat we voor de pensioenen in kas hebben. Dit is gedaan, omdat de dekkingsgraad hoger was dan 105%.

Compensatie van groepen mensen voor wie de overgang minder goed uitpakte. Zij hebben extra geld in hun pensioenvermogen gekregen. Het gaat hierbij vooral om de groep tussen 45 en 55 jaar.
  • Omdat de dekkingsgraad hoger was dan 110% is de compensatie in één keer betaald.

  • Bij een dekkingsgraad tussen 105% en 110% zou de werkgever de compensatie gespreid in de tijd betalen.

Het inhalen van niet gekregen pensioenverhogingen in het verleden (inhaalindexatie). Bij een dekkingsgraad op 1 januari 2025 van 117% of hoger was er ruimte om dit voor een deel te doen.

Om te voorkomen dat uw pensioen lager wordt, houden we een gezamenlijke buffer aan: de solidariteitsreserve. Deze buffer zorgt voor een zo stabiel mogelijk pensioen. De gezamenlijke buffer werkt als een soort spaarpot. Als het goed gaat met de economie en de beleggingen, stoppen we hier geld in. En als het slecht gaat, halen we hier geld uit. Daarmee vullen we uw maandelijkse pensioen aan als u met pensioen bent. Zo zorgen we dat het pensioen dat u elke maand ontvangt zo stabiel mogelijk is.

Lees meer over de buffer

Op 1 januari 2025 zijn we overgegaan op de nieuwe regels voor pensioen. Op dat moment hebben we de gezamenlijke buffer gevuld. Dat hebben we met zijn allen gedaan. Hoever de buffer gevuld is, hing af van de dekkingsgraad op dat moment. 

 

Aanvulling van de buffer sinds de overgang op 1 januari 2025 

Sinds de overgang wordt de gezamenlijke buffer aangevuld met een deel van het resultaat van de beleggingen. Er mag maximaal 15% van het fondsvermogen in de buffer zitten. Zit er meer dan 15% in de buffer? Dan verdelen we het geld boven de 15% eerlijk en evenwichtig over alle pensioenvermogens en de pensioenen van gepensioneerden. Zo levert iedereen een bijdrage aan de buffer en heeft iedereen er voordeel van.

Lees hier meer over de buffer.

Voor werknemers

U heeft eind 2024 een voorlopig overzicht ontvangen, tegelijk met het UPO (uniform pensioenoverzicht). Daarmee heeft u meer inzicht gekregen in uw verwachte pensioen en het geld dat in uw pensioenvermogen (pensioenpot) zit. Belangrijk: dit overzicht is voorlopig en nog niet definitief. In 2025 ontvangt u het definitieve overzicht.  

Bekijk uw overzicht

In de nieuwe regels heeft u dekking voor partnerpensioen tot 3 maanden nadat u uit dienst gaat en overlijdt. Dit is wettelijk zo geregeld. Gaat u eerder dan 3 maanden elders pensioen opbouwen? Dan vervalt de dekking bij PPF APG. Als u een WW- of ZW-uitkering ontvangt, heeft u ook recht op dekking voor het partnerpensioen. Als de dekking eindigt, kunt u ervoor kiezen de dekking te verlengen. 

Het geld in uw pensioenvermogen beleggen wij voor u, zodat we uw pensioen kunnen laten groeien. 

Vanaf nu ziet u uw pensioenvermogen (pensioenpot) zolang u nog niet met pensioen bent, en uw verwachte pensioen dat u per maand ontvangt als u met pensioen gaat. Uw maandelijkse pensioen betalen we uit uw pensioenpot.

Kijkt u vaker naar uw pensioenvermogen, dan ziet u dat het geld daarin meebeweegt met het resultaat van de beleggingen. Uw verwachte maandelijkse pensioen is stabieler. Dat komt doordat we maatregelen nemen voor een zo solide mogelijk pensioen.

Als u voor uw pensioen overlijdt, is er pensioen voor uw nabestaanden geregeld. Dat geldt voor uw partner én voor uw kinderen.

Stel dat u arbeidsongeschikt wordt en minder gaat werken of helemaal niet meer kunt werken. Dan houdt u in de nieuwe pensioenregeling ook recht op een uitkering bij arbeidsongeschiktheid: het arbeidsongeschiktheidspensioen. Dit is een aanvulling op de WIA-uitkering (Wet Werk en Inkomen naar Arbeidsvermogen). De hoogte van het arbeidsongeschiktheidspensioen is afhankelijk van de mate waarin u arbeidsongeschikt bent. 

U bouwt pensioen op bij PPF APG of heeft ergens anders pensioen opgebouwd. Dit pensioen kunt u meenemen van PPF APG of naar PPF APG. Dit heet waardeoverdracht. Omdat pensioenfondsen overgaan (of zijn gegaan) naar de nieuwe regels voor pensioen, kan waardeoverdracht soms langer duren. 

Als uw partner en u uit elkaar gaan, heeft dit mogelijk gevolgen voor uw pensioen. Dat is nu al zo en blijft ook zo in de nieuwe regeling. 

Als u gaat samenwonen, is het belangrijk dat u uw partner aanmeldt bij PPF APG. Dit gebeurt niet automatisch. U moet zelf uw partner bij ons aanmelden. Als u onder de huidige wet als partner werd aangemerkt, is dit ook zo onder de nieuwe pensioenregeling zolang de relatie blijft bestaan. Het criterium om in aanmerking te komen voor partnerpensioen als ongehuwd samenwonende zonder notarieel vastgelegd samenlevingscontract is het voeren van een gezamenlijke huishouding. U kunt uw partner nu ook aanmelden zonder dat u een samenlevingscontract heeft.

Gaat u uit dienst bij uw werkgever? Dan stopt uw pensioenopbouw bij PPF APG. Uw opgebouwde pensioenvermogen blijft voor u staan. Als u met pensioen gaat, ontvangt u elke maand pensioen uit uw opgebouwde pensioenvermogen.

Wilt u weten wat er geregeld is voor uw partner en/of kinderen als u uit dienst gaat? Zij houden recht op het partner- en/of wezenpensioen dat u hebt opgebouwd tot 1 januari 2025. Dit geldt ook als u uit dienst bent gegaan. Wat er verder geregeld is voor uw partner en/of kinderen, hangt ervan af of u al een nieuwe baan hebt of (nog) niet. 

 

U gaat uit dienst en u heeft een nieuwe baan

 

Gaat u uit dienst en bouwt u via een nieuwe werkgever pensioen op bij een (ander) pensioenfonds? Dan stopt de dekking voor het partner- en/of wezenpensioen bij PPF APG. Uw partner en/of kinderen kunnen zich wenden tot uw nieuwe pensioenfonds voor een partner- en wezenpensioen als u overlijdt. In de pensioenregeling van uw nieuwe fonds ziet u wat er geregeld is voor uw partner en kinderen.

 

U gaat uit dienst en u heeft (nog) geen nieuwe baan

 

De dekking voor het partner- en/of wezenpensioen loopt dan nog maximaal drie maanden door bij PPF APG. Daarna kunt u ervoor kiezen om de dekking voor het partner- en/of wezenpensioen maximaal drie jaar, of tien jaar als u zelfstandig ondernemer bent, vrijwillig voort te zetten. De premie hiervoor brengen wij in mindering op uw pensioenvermogen. Daardoor blijft er in uw pensioenvermogen minder geld over voor uw eigen pensioen.

Ontvangt u een WW- of ZW-uitkering? Dan loopt de dekking voor het partner- en/of wezenpensioen door zolang u de uitkering ontvangt.

Ja. De premie is gelijk gebleven nu we zijn overgegaan naar de nieuwe regels voor pensioen. U gaat dus niet méér betalen doordat de regels zijn veranderd. U betaalt ongeveer 1/3 van de premie, en uw werkgever betaalt 2/3. Dat blijft zo. 

Voor gepensioneerden

Vrijwel iedereen krijgt te maken met de nieuwe regels voor pensioen. Mensen die nu pensioen opbouwen via hun werkgever, mensen die pensioen in het verleden hebben opgebouwd en ook mensen die al met pensioen zijn. 

Dat is nog niet zeker. De Tweede Kamer heeft ingestemd met het bedrag ineens. De Eerste Kamer gaat de wet nu behandelen. Dit Bedrag ineens is een keuze voordat uw pensioen volledig ingaat. Daarna kunt u deze keuze niet meer maken. 

Om te voorkomen dat uw pensioen lager wordt, houden we een gezamenlijke buffer aan: de solidariteitsreserve. Deze buffer zorgt voor een zo stabiel mogelijk pensioen.

De gezamenlijke buffer werkt als een soort spaarpot. Als het goed gaat met de economie en de beleggingen, stoppen we hier geld in. En als het slecht gaat, halen we hier geld uit. Daarmee vullen we uw maandelijkse pensioen aan nu u met pensioen bent. Zo zorgen we dat het pensioen dat u dan elke maand ontvangt zo stabiel mogelijk is.

Lees hier meer over de buffer

  • Met de nieuwe regels is het mogelijk om na uw pensionering een wezenpensioen te regelen. Dit is 14% van het ouderdomspensioen. Als de wees geen ouders/verzorgers heeft (volle wees), is dit 28%.
  • In de oude pensioenregeling was partnerpensioen na pensioneren niet standaard geregeld. U kon hier wel voor kiezen op het moment dat u met pensioen ging. Dit verandert onder de nieuwe regels. Onder de nieuwe regels gaan wij er standaard vanuit dat u kiest voor een partnerpensioen dat 70% is van uw ouderdomspensioen als u een partner heeft. Maar u kunt ook kiezen voor een lager percentage. Als u kiest voor een lager percentage of geen partnerpensioen dan moet uw partner akkoord gaan.

  • Het partnerpensioen en het wezenpensioen dat u heeft opgebouwd vóór 1 juli 2021 blijven wel bestaan.

Lees meer over wat er is geregeld als u overlijdt. 

Als uw partner en u uit elkaar gaan, heeft dit mogelijk gevolgen voor uw pensioen. Dat is nu al zo en blijft ook zo in de nieuwe regeling. 

Inspraak

Sociale partners (vakbonden en werkgeversorganisaties) en pensioenfondsen hebben bepaald wat de beste afspraken zijn voor hun deelnemers, gepensioneerden en werkgevers. Werkgevers en werknemers zijn ook vertegenwoordigd in het bestuur van PPF APG. Ook keken vertegenwoordigers van deelnemers, gepensioneerden en werkgevers mee, bijvoorbeeld in het Verantwoordingsorgaan.

Sinds 1 januari 2024 is er een onafhankelijke geschillencommissie waar deelnemers en gepensioneerden terechtkunnen met klachten. Bijvoorbeeld als zij het niet eens zijn met de gegevens die gebruikt zijn bij de berekening van hun pensioenvermogen. Deelnemers en gepensioneerden kunnen zelf bepalen of zij een bindend of een niet-bindend advies willen van de geschillencommissie. Een bindend advies staat vast. Wie kiest voor een niet-bindend advies, heeft de mogelijkheid om de zaak voor te leggen aan de rechter.

Deel uw mening over ppf-apg.nl. Ja, ik doe mee Nee, liever niet